Cloudomgevingen worden steeds groter en ingewikkelder. Tegelijk komen er steeds vaker beveiligingsincidenten voor. Het is daarom belangrijk dat jouw IT-omgeving niet alleen makkelijk te beheren en op te schalen is, maar ook goed beveiligd.
Infrastructure as Code (IaC) helpt je daarbij. Door jouw infrastructuur op te schrijven in code in plaats van alles handmatig in te stellen, kun je sneller werken én de beveiliging van je Azure-omgeving verbeteren. In deze blog lees je hoe.

turned-on MacBook Pro wit programming codes display

Wat is Infrastructure as Code (IaC)?

IaC is het principe waarbij jij infrastructuur (zoals netwerken, virtuele machines, opslag en policies) definieert in codebestanden in plaats van handmatig via de Azure Portal. Tools zoals Terraform, Bicep en ARM templates maken het mogelijk om deze configuraties automatisch uit te rollen en te beheren. Dit principe zorgt ervoor dat jouw Azure omgeving veiliger is. Dat komt door de volgende 4 eigenschappen van IaC:

1. Consistentie en herhaalbaarheid

Een groot risico in de cloud is dat omgevingen onbedoeld van elkaar verschillen omdat mensen handmatig instellingen aanpassen. Bijvoorbeeld een testomgeving zonder versleuteling of een productieomgeving zonder logging.

Met IaC beschrijf je één keer hoe iets eruit moet zien en kun je dat steeds opnieuw op dezelfde manier uitrollen. Zo weet je zeker dat bijvoorbeeld:

  • De juiste poorten altijd geblokkeerd worden door netwerkbeveiligingsgroepen (NSG’s).
  • Opslag altijd versleuteld is.
  • Logging en monitoring standaard aanstaan.

2. Versiebeheer en auditing

Omdat jouw infrastructuur in code staat, kun jij deze beheren via Git of een ander versiebeheersysteem. Dit biedt meerdere voordelen:

  • Transparantie: jij ziet wie wat heeft aangepast en wanneer.
  • Auditing: jij kunt terugkijken welke beveiligingsinstellingen golden op een bepaald moment.
  • Rollback: bij een foutieve wijziging kun jij eenvoudig terug naar een vorige versie.

Dit maakt het eenvoudiger om aan compliance-eisen te voldoen en compliant te blijven.

3. Shift-left security: beveiliging al in de ontwikkelfase

Met IaC kun jij beveiliging integreren in jouw CI/CD-pipeline. Door tools zoals Checkov, Terraform Linter (TFLint) of Bicep Linter te gebruiken, kun jij jouw templates automatisch laten scannen op kwetsbaarheden of afwijkingen ten opzichte van jouw beveiligingsbeleid.

Deze tools controleren bijvoorbeeld of:

  • Alles in de juiste regio draait.
  • Veilige tijdelijke identiteiten worden gebruikt in plaats van vaste wachtwoorden.
  • Openbare IP-adressen alleen toegankelijk zijn voor goedgekeurde adressen.

Zo voorkom jij dat onveilige configuraties in productie terechtkomen.

4. Automatisering van beveiligingsmaatregelen

Met IaC kun je ook beveiligingsregels standaard en automatisch toepassen, zodat je die niet elke keer opnieuw hoeft in te stellen. Bijvoorbeeld:

  • Regels maken die voorkomen dat onveilige diensten worden gebruikt.
  • Instellen dat alleen de juiste mensen toegang hebben tot bepaalde onderdelen (role-based access control).
  • Automatisch meldingen krijgen als er iets verdachts gebeurt of instellingen niet meer kloppen, met bijvoorbeeld Azure Monitor Baseline Alerts (AMBA).

Conclusie

Infrastructure as Code is meer dan alleen een handige manier om sneller te werken. Het helpt je ook om jouw Azure-omgeving veilig, overzichtelijk en betrouwbaar te houden.
Door alles op te schrijven in code en automatisch uit te voeren, weet je zeker dat jouw cloudomgeving altijd goed is ingericht en voldoet aan de beveiligingsregels. En dat is precies wat je nodig hebt in een tijd waarin veiligheid belangrijker is dan ooit.